dinsdag 27 maart 2012

Griekse Mythologie - Odysseus


Als voorlopig laatste Griekse mythe die ik doorgeef, is het verhaal van de thuiskomst van Odysseus een meer dan geschikt toetje. Geschreven door één der grootsten der mytheschrijvers - Homerus - is het een groot avonturenepos dat in zijn geheel al wel een zestal blogs kan vullen. Vandaar dat ik slechts gedeelten uitschrijf.
Homerus schreef, voordat hij Odysseus schreef, de Ilias, het werk over de Trojaanse oorlog. Odysseus was één van de Grieken die Troje aanviel en - zoals velen - had grote moeite om weer naar huis te komen.
In mijn versie ga ik soms heel snel langs de ene gebeurtenis om langer stil te kunnen staan bij een ander. Zo komt het verhaal van Penelope (zijn vrouw) erg summier aan bod, terwijl Polyphemus juist wel een deel van het verhaal vult. Lees en leef mee met Odysseus:

Homerus
'Odysseus'

Op het eiland Ithaca, het thuis van Odysseus' vrouw Penelope en kind Telemachus, wordt in spanning gewacht op de terugkomst van Odysseus. Toch, in de tien jaar na de veldslag, is er nog geen bericht over de koning geweest en langzamerhand beginnen mannen bijeen te komen om de hand van Penelope te vragen. Zij houdt ze echter allemaal aan het lijntje.

Ondertussen is de terugreis van Odysseus begonnen. Aan boord van een schip komen ze langs het land van de Ciconen, een bondgenoot van de Trojanen, en Odysseus besluit hen aan te vallen. Deze aanval is niet zijn beste idee, want hij weet ternauwernood te ontsnappen, maar weet wel een twaalftal kruiken bedwelmende wijn te stelen van de hogepriester Appolo Maro. Een wijze les, die we hedendaags nog steeds gebruiken, leren we uit dit verhaal: Val pas aan als je weet dat je kan winnen.

Na het eiland van de Ciconen komen Odysseus en zijn mannen bij het eiland der Lotuseters. De lokale bevolking is stoned als een garnaal van de plant lotus. Nadat Odysseus een drietal mannen op verkenning stuurt en ze niet terugkomen, neemt hij zelf polshoogte. Hij vind de drie mannen, neemt ze mee naar het schip en laat ze 'cold turkey' afkicken, vastgebonden aan de mast van het schip.

Vervolgens komen Odysseus en zijn mannen langs een eiland waar veel schapen grazen. Ze besluiten op verkenning te gaan en vinden een grot met manshoge meubels. Terwijl ze alles bekijken horen ze dat de schapen de grot inkomen. Tevens rolt er een steen voor de grot en horen ze een stem: 'Wie durft mijn huis te betreden? Zijn jullie piraten?'
Odysseus antwoord: 'Ik ben niemand!' Tegelijkertijd beginnen zijn ogen te wennen aan het donker en schrikt hij. Hij ziet een enorme cycloop, een mensachtig monster met één oog, voor zich.
'En wie mag jij dan wel zijn?' roept hij naar de Cycloop.
'Ik mag jou wel,' antwoord de cycloop, 'Ik ben Polyphemus. En omdat ik jou zo mag, zal ik jouw als laatst opeten!' (hier vermoed ik dat een boosaardige lach heeft geklonken) Hij pakt twee van de mannen van Odysseus op, knalt de hoofden tegen elkaar aan en eet ze beiden op.
De volgende ochtend voltrekt hetzelfde zich weer: Polyphemus pakt twee mannen op, knalt de hoofden tegen elkaar aan en eet ze op. Hij rolt de steen voor de opening weg, laat de schapen uit de grot, rolt de steen terug en laat Odysseus in het donker zitten.

Odysseus kijkt rond en ziet een stuk hout liggen. De hele dag is hij bezig met het hout, een manier vindend om te ontsnappen. Hij slijpt er een punt aan die scherp genoeg is om er een oog mee door te prikken.
Die avond komt de eenogige Polyphemus weer de grot in. Hij eet, volgens het bekende recept, weer twee van Odysseus' mannen op, maar daarna gaat Odysseus naar hem toe.
'Wil je een beetje wijn,' vraagt hij, de wijn van de Ciconen aanbiedend. Polyphemus heeft daar wel zin in en drinkt de twaalf kruiken leeg. Terwijl Odysseus ziet hoe de cycloop dronken wordt en vervolgens knock out gaat, verhitten hij en zijn mannen de spies en steken die met vier man in het ene oog van de cycloop.

Polyphemus is woedend. Hij schreeuwt het uit en loopt, schoorvoetend en tastend, de grot uit, maar rolt wel weer de steen voor de opening. Zijn twee broers, ook op het eiland, vragen hem wie het gedaan heeft, waarop hij antwoord: 'Niemand heeft het gedaan! Niemand!'
Odysseus zit niet stil. Hij bindt de schapen per drie bij elkaar en gebiedt zijn mannen, zodra de steen wordt weggerold, onder de schapen te hangen. Polyphemus betast nu namelijk al zijn schapen om ervoor te zorgen dat geen van de mannen kan ontsnappen. Hij vergeet echter de onderkant te betasten en zo ontsnappen Odysseus en zijn mannen.
Eenmaal op het schip roept Odysseus nog eenmaal een belediging naar Polyphemus. Hij vertelt ook zijn naam (niet slim, aangezien cyclopen kinderen van Poseidon zijn, de God van de zee) en kan de steen die de cycloop gooit nog net ontwijken. Daarna gaan ze verder.

Ze reizen langs het eiland van Aeolus, waar ze een maand verblijven (en avonturen beleven) via het eiland van de Lastrygonen en ook langs het eiland van de heks Circe, die - na een lang verhaal - verliefd op hem wordt en hem een jaar daar houdt. Zij vertelt hem dat als hij de route wil weten, hij op zoek moet gaan naar Teiresias, een waarzegger (die ook in het verhaal van Oedipus een rol speelt) Hij is echter wel dood, dus moet hij in de onderwereld op zoek gaan. En dat doet hij.

Nadat hij de route heeft gehoord, vertrekken ze weer. Ze komen langs het eiland van de Sirenen. Hij gebiedt al zijn mannen om was in hun oren te doen, maar zelf wilde hij het gezang horen en liet zich goed vastbinden aan de mast. Hij smeekte en smeekte om los te mogen, maar zijn mannen konden hem niet horen. Daar komen ze veilig langs en evenzo komen ze langs de Charybdis, een enorme draaikolk, en ook langs het zeskoppige monster Scylla.
Vervolgens landen de mannen op het Eiland van de Zon, waar de runderen van de zon gehoed werden door Apollo. (Teiresias waarschuwde Odysseus ervoor om deze runderen met rust te laten)
Odysseus' mannen, hongerig als ze waren, slachtten enkele van deze runderen en stierven door de hand van Apollo. Weliswaar niet met een lege maag, maar dan nog.
Odysseus weet te ontsnappen, maar Poseidon heeft hem gevonden en vernielt zijn schip.

Odysseus spoelt aan op een eiland waar Calypso woont, en wordt haar liefdesslaaf. Uiteindelijk, na een jaar, bidt hij tot Athene (godin van de wijsheid) of zij hem wil bevrijden. Athene vraagt Zeus, hij stemt in maar merkt wel op dat Poseidon nog steeds erg boos op hem is (vanwege Polyphemus)
Calypso helpt Odysseus een vlot te bouwen en hij vaart weg. Alles leek goed te gaan, totdat Poseidon er achter kwam waar hij was, en het vlot kapot sloeg. Toch slaagde Odysseus er in om weg te zwemmen.

Wederom strand hij op een eiland, nu zonder schip, bemanning, geschenken en kleren. Een meisje, Nausicaä, vindt hem en neemt hem mee naar het paleis van haar vader, de koning van Phaeacia. Daar vertelt hij zijn verhaal. De koning wil hem graag van dienst zijn, geeft hem een schip en bemanning en geschenken en stuurt hem weer op reis.
Toen ze arriveerden op Ithaca, zijn thuis, sliep Odysseus. De bemanning laadde al zijn geschenken uit, evenals ook Odysseus en vertrok weer. Niet wetend waar hij was, werd hij wakker.

Athene, in de vorm van een jongeman, vertelt hem waar hij is en vertelt hem ook wat hij moet doen.
Hij verkleed zich als een oude bedelaar en vertrekt naar zijn huis, waar hij de vrijers, de mannen die willen trouwen met Penelope ziet. Hij vertelt haar, als hij de kans heeft, niet wie hij is, maar dat hij Odysseus laatst nog gezien heeft. Penelope huilt als ze dat hoort en laat de bedelaar in het paleis overnachten.

De volgende ochtend brengt Penelope de oude boog van Odysseus naar de eetzaal. Ze laat twaalf ringen opstellen en vertelt dat de man die met die boog door die twaalf ringen kon schieten (in één enkel schot) met haar mocht trouwen. Ze moedigt iedereen aan om mee te doen, maar vertrekt daarna weer naar haar kamers.
Iedereen probeert de boog te spannen, maar het lukt niemand, laat staan schieten. Tenslotte vroeg de, als bedelaar verkleedde, Odysseus of hij het ook mocht proberen. Al de vrijers protesteren, maar Telemachus, zoon van Odysseus, staat er op dat ook hij het probeert.
Binnen een paar tellen heeft Odysseus de boog vast, spant hem, schiet één pijl door alle twaalf de ringen en doet zijn vermomming af. Hij schiet daarna al de vrijers door, op twee na. Zij vroegen hem om vergeving. Odysseus doodde de ene met een zwaard en spaarde de ander, omdat dat een muzikant was.

De oude bedienden juichten omdat ze zagen dat Odysseus terug was en renden naar de kamers van Penelope om haar het nieuws te vertellen. Zij vertrouwde het niet geheel, maar liet hem naar haar kamer komen om hem nog een laatste proef te laten doen.
'Kan jij het bed even aan de kant duwen?' vroeg ze hem.
'Maar schat,' zei hij, 'dat kan helemaal niet! Het zit vast op een boomstronk die hier groeit!'

Penelope weet nu dat hij echt Odysseus is, en samen zijn ze nog lang gelukkig. Het enige wat hij nog moet doen van Athene is zich verzoenen met Poseidon door een laatste, korte reis te maken. Dat doet hij. Daarmee eindigt het verhaal van Odysseus.

---

Zoals gezegd een waardig einde voor een zestal verhalen uit de Griekse mythologie. Misschien komen er later nog wel een paar verhalen uit deze rijke schat aan verhalen, maar eerst niet. Mocht jij overigens een verhaal perse willen lezen, je kan altijd het vragen... :)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten